Koper is duur, en brons, het materiaal waaruit veel beelden op straat worden gemaakt, bestaat grotendeels uit koper. En als het op straat staat, neem je het mee. Ook al zit het vastgeschroefd. De Denker van Rodin in Laren werd verzaagd en gedeeltelijk omgesmolten en hetzelfde overkwam Simon Carmiggelt en zijn vrouw.
Op verzoek van Boris van der Ham heeft het kabinet nu gekeken wat eraan kan worden gedaan. En dat is, zoals we inmiddels gewend zijn: weinig. Halbe Zijlstra laat weten dat kunstinstellingen geld kunnen krijgen voor het maken van een veiligheidsplan. Verder kunnen ze wellicht ook door een ceht ministerie beveiligd worden, laat de stas weten, maar we moeten niet teveel op steun rekenen, natuurlijk:
In reactie op het stijgende aantal koperdiefstallen heeft de minister van Veiligheid en Justitie extra maatregelen genomen en op 30 juni 2011 het convenant Actie Koperslag ondertekend met de politie, ProRail, het Openbaar Ministerie en de Metaal Recycling Federatie.
[…]In overleg met het ministerie van Veiligheid en Justitie wordt bezien op welke wijze de kunstsector zich kan aansluiten bij de maatregelen tegen metaaldiefstal, die in het kader van het convenant Actie Koperslag worden uitgevoerd.
De mogelijkheid om afgietsels in bewaring te houden ter vervanging acht Zijlstra weinig effectief:
Wat betreft de mogelijkheid tot hergebruik van mallen, merk ik op dat in Nederland relatief weinig afgietsels of mallen bewaard zijn gebleven van beelden die wij tot belangrijk cultureel erfgoed rekenen. In principe is het mogelijk een nieuwe mal te maken. Daarbij moeten de risico’s voor het origineel worden meegewogen. Een nieuw afgietsel kan het verlies van cultuurhistorisch waardevolle objecten echter niet compenseren.
Voortaan gewoon bij het beeld blijven slapen, dus. Of alles van de straat af.
De brief vindt u hier.