Kwantumverstrengeling, supersymmetrie. De nerd in mij kon niet om het mysterie van de kosmische tweelingen heen, die op honderden miljarden lichtjaren afstand van elkaar toch tegelijk elkaars staat overnemen als een ervan gezien wordt. Of zoiets. In Bloedzus, het nieuwste stuk van Matzer, zijn het geen miljarden parsecs, maar een Atlantische Oceaan en 17 jaar leven die twee identieke zussen tussen zich in hebben liggen. Zonder dat het ze is gelukt om echt uit elkaar te groeien.
Bloedzus is de laatste regie van Madeleine Matzer als artistiek leider van het gezelschap dat ze twintig jaar geleden oprichtte. In die tijd heeft de Bossche theaterclub een heel eigen plek in het landelijke theateraanbod verworven: kleine stukken over soms grote drama’s, een vrouwelijke blik op de wereld en altijd dicht bij het publiek. Theater om van te houden, kortom.
Erfelijkheid
De tekst van de voorstelling is van Maaike Bergstra. De tweeling die centraal staat in Bloedzus is na een jeugd in identieke kleren van elkaar weggevlucht, mede vanwege de pijnlijke dood van hun dominante moeder. Hun levens gingen elk een eigen kant uit, ook aan weerszijden van het denken over gezondheid. De één werd medicus, de ander zocht het in natuur en voeding.
Maar hoezeer ze ook niets meer met elkaar te maken hebben, er is te veel dat hen samenbindt. Dat heeft met erfelijkheid te maken, met het schrijftalent dat ze delen, maar ook met het kind van de een dat contact zoekt met de kinderloze ander, de geheimen die ze elk op hun eigen manier voor elkaar verborgen willen houden en de genezing die de een voor de ander met zich meedraagt.
In vitro
Enfin; ‘a lot going on on this plate’ zeggen ze dan bij Masterchef, en het moet gezegd: schrijver Bergstra stopte het stuk zo barstensvol lijnen dat je ervoor moet waken om niet alleen met die lijnen bezig te zijn. Dat je zelfs de mooie vondst van vormgever Sanne Danz, die een stereoscopische opname als achterdoek inzet, nog dieper gaat duiden: want we zien een verdubbelde opname van de onstuimige stroomversnelling Trollhättan in Zweden die door een waterkrachtcentrale is getemd. Heeft dat betekenis?
Het mij maar al te goed bekende ivf-thema, dat in het oeuvre van Bergstra een interessante rol speelt, zou ook al een stuk op zichzelf waard zijn, terwijl het nu vooral nog maar eens een extra complicatie is in de toch al getroebleerde relatie tussen de zussen. Wel een fascinerende, overigens.
Wat het stuk glansrijk overeind houdt, is het spel van de twee actrices. Lotte Dunselman en Wendell Jaspers geven de innerlijke en uiterlijke strijd mooi gestalte. Dunselman heeft dat statig Amerikaanse dat hoort bij een vrouw die daar medisch carrière maakte, en Jaspers is als geen ander in staat om innerlijke strijd, woede en kwetsbaarheid vorm te geven in de stoere vrouw die ze daaronder ook is. Alleen voor Jaspers moet je al gaan kijken, elke keer weer, ze is een acteerkanon met de allure van een rockbitch.
Verstilling
Madeleine Matzer heeft oog voor wat de zussen samenbindt, ondanks al hun pogingen om zo ver mogelijk van elkaar weg te komen. Onder alle net niet tot volledige uitbarsting komende conflicten sluimert liefde, en het is dankzij de blik van de regisseur dat de actrices die band voelbaar weten te maken. Uiteindelijk is het die welkome verstilling die van het minimaal vormgegeven einde een knallend slotakkoord maakt.
Het is te hopen dat Madeleine Matzer haar pensioen niet al te serieus neemt.