Het is ongelooflijk wát een energie de mannen van Manar kunnen opwekken. Deze zes – in djellaba’s gestoken – percussionisten spelen Dekka al Marrakchia: een waanzinnig opzwepende vorm van traditionele Marrokaanse drum ’n bass feestmuziek en religieuze Gnawa. Na een plechtig, bijna ritualistisch begin – waarbij de band in ganzenpas het podium van het Theater aan het Spui komt opsjokken, begeleid door de dreigende klanken van twee enorme toeters – barsten de drums los en staat de dansvloer vol swingende bezoekers.
Complexe, woest syncoperende, Sufiachtige ritmes vloeien samen gefreestylede vraag-en-antwoordachtige zanglijnen tussen de voorzanger en het koor van percussionisten. Denk aan een mix van Capoeira Regional en Nusrat Fateh Ali Khan. Toegegeven: duurt even voordat je snapt doe het enorme kabaal in elkaar zit. Maar is daarna is het onweerstaanbaar.
Beluister de sonische wervelwind van Manar op Winternacht 1 (klik hier!)
En dan Zoumana Diarra op Winternacht 2. Het is een heel raar ging, zo’n kora. Een Afrikaanse harp met een soort enorme kalebas als klankkast en een lange houten nek met twee rijen snaren – waardoor de speler tegelijkertijd twee melodielijnen kan spelen. De kola wordt bespeeld door Malinese Zoumana Diarr. Hij is telg uit een familie van muzikale dichters / verhalenvertellers / troubadours, de zogenaamde griots, die nog steeds een grote rol spelen in het overdragen van de orale traditie en het Afrikaanse culturele geheugen. Hij wordt bijgestaan door de multi instrumentalist Basile Maneka – afkomstig uit Congo, geaard in Friesland. Samen scheppen de twee mannen een verbazend subtiele, dromerige sfeer. Heel zorgvuldig opgebouwd met prachtige dynamiek. Alsof je in een warm klankbad stapt.
Reacties zijn gesloten.