In de kunst werk je vanwege je passie, niet vanwege het geld. Dat is zo, dat was altijd zo. In de kunst is het zelfs verdacht als je je om geld druk maakt. En als je je wel een keer om geld druk maakt komt het er gelijk ook weer rottig uit. Ga je schreeuwen om cultuur, marcheren der je beschaving. Dat werkt averechts. Wordt er eenmaal bezuinigd, blijf je gewoon hetzelfde werk doen voor de helft van het geld. Of voor niets.
Dit geldt overigens vooral voor de mensen aan de creatieve kant van het kunstbedrijf. Het schijnt dat techniekbazen en kassajuffen hun zaakjes veilig hebben gesteld. Dat bleek tenminste uit een Belgisch overzicht dat de vorige maand op sociale media rondging. Maar Nederland is België niet. In Nederland hebben we zulke cijfers niet. Behalve het alarmerende SER-rapport van begin dit jaar zijn er in Nederland geen cijfers beschikbaar over de arbeidsmarkt in de kunsten. We weten niets van de arbeidsomstandigheden, niets van de manier waarop personeel wordt behandeld, of hoe tevreden het is met zijn bestaan.
Rijksgesubsidieerde slavernij
Dus kon het Fonds Podiumkunsten in augustus van dit jaar nog zonder bijna een spier te vertrekken melden dat bij de subsidietoewijzing alleen werd gelet op kwaliteit, spreiding en diversiteit van het aanbod, en niet op arbeidsomstandigheden. Dus kan een kunstbedrijf subsidie krijgen om kunst te maken waarbij de kunstenaars niet betaald worden. Gesubsidieerde musea kunnen exposities laten inrichten door kunstenaars, die voor dat werk geen cent krijgen.
Om aan deze Rijksgesubsidieerde slavernij een einde te maken is kennis nodig. Daarom is het Cultuurpanel opgericht. Dat cultuurpanel moet een constante monitor worden van de arbeidsomstandigheden in de kunsten. Niet van bovenaf, maar van onderop. Net als het EénVandaag Opiniepanel willen de oprichters van het panel een constante vinger aan de pols houden van de sector. Daarom moet iedereen die in de kunstsector werkt, of je nou in loondienst bent, leiding geeft, in de ondersteuning werkt, techniek doet of zzp’er bent: meld je aan voor het panel. Eens in de maand neemt de organisatie contact met je op om te vragen hoe het ermee staat. Ze organiseren ook netwerkbijeenkomsten, je krijgt informatie van en over gelijkgestemden en collega’s. Eigenlijk kun je het zien als de tegenhanger van het best toffe initiatief ‘We Are Public’, de club waar je als toeschouwer lid kunt worden om de beste kunst te zien. Het Cultuurpanel heet dan ‘We make art’. Dat geeft je de mogelijkheid om je leefomstandigheden te verbeteren, en om gehoord te worden als kunstwerker.
Best een goed initiatief eigenlijk. Ze hebben minimaal 1000 mensen nodig.
Schrijf je daarom vandaag nog in.
Het Cultuurpanel is een initiatief van het Sectorplan Cultuur en het Sociaal Fonds Podiumkunsten