De grond onder je voeten is heilig. Het is, in deze tijden van linkse identiteitspolitiek en opkomend rechts blut und boden denken, een best riskante opmerking, maar Faustin Linyekula gebruikte hem toch, in een antwoord op een vraag uit het publiek. Die vraag ging over de noodzaak, om je eigen plekje te verdedigen in een steeds verder globaliserende wereld. Want het gaat Linyekula wel degelijk om die grond onder je voeten, waar je wortels liggen. Hij keerde er naartoe terug, in Kisangani, om er kunst te gaan maken in een miljoenenstad waar zelfs het water niet zuiver is.
Want, zo stelt de choreograaf en danser, als je maar diep genoeg graaft in die grond onder je voeten, kom je vanzelf uit bij het water waar ook anderen van drinken. Onder het meest lokale en meest individuele zit altijd het meest collectieve: onze planeet.
Aimé Cesaire
Nu heeft Faustin Linyekula dit citaat niet van zichzelf, moest hij toegeven, maar van de Franse dichter en schrijver Aimé Cesaire. En daar baalt hij van, want deze Cesaire was de grondlegger van het fenomeen négritude. En aan die zwarte emancipatiebeweging heeft Linyekula een broertje dood. ‘Ik moet me of regelmatig verdedigen tegenover Afrikaanse intellectuelen die mijn werk niet Afrikaans genoeg vinden. Terwijl nog maar helemaal moet worden vastgesteld wat dat Afrikaans dan behelst. Mijn achternaam mag dan Afrikaans klinken, maar die is in 1930 door de Belgische bezetter opgelegd.’
Het gebeurde tijdens de leukere fase van de middagtalkshow op zondag 3 juni tijdens het Holland Festival. Linyekula en William Kentridge, de twee associate artists van het Holland Festival 2019, werden aan de tand gevoeld door Quincy Gario, die hier vooral bekendheid geniet als bestrijder van de 19e eeuwse uitvinding ‘Zwarte Piet’. En waar Gario zich doorgaans een warm pleitbezorger toont van juist een Nederlands soort négritude, hield hij zich hier op de vlakte. Dat gold ook voor William Kentridge, die zich als geboren Zuid-Afrikaan meer dan bewust toonde van de gevoeligheden rond wit privilege: hij meed het onderwerp. In zijn reacties ging het vooral over het universele karakter van kunst: ‘Ulysses van James Joyce mag dan geschreven zijn in Dublin, wanneer je het leest maak je een eigen stad in je eigen hoofd, gebaseerd op de steden die je zelf kunt bedenken.’
Fransheid
Juist dat universele is echter een dingetje, zo bleek een dag later, toen het precies over die négritude ging. Want, zo verklaarde universitair docent Joseph Jordan in Frascati, het hele idee van universele kunst is een wit idee. De uitspraak kwam naar voren in een forumgesprek met een aantal vooraanstaande denkers over het begrip négritude. Dit was de term die werd gemunt door de Franse dichter Aimé Cesaire met de bedoeling om aan de als verstikkend ervaren Fransheid te ontsnappen. Die Fransheid, zo legde professor Tracy Denean Sharpley-Whiting uit, hield in dat Frankrijk de bewoners van kolonies direct veranderde in Franse burgers. Kolonies vielen rechtstreeks onder Frans bestuur, inwoners waren direct ‘citoyens’ en niemand legde vast wat voor huidskleur, geloof of afkomst je had.
Dat zou mogen klinken als het toppunt van verlichting, maar werd dus ook ervaren als een totale ontkenning van het eigene. Tegen die assimilatie ontstond de négritude als beweging om juist op zoek te gaan naar wat mensen, behalve ‘Frans’, ook ‘zwart’ maakte. En dat in positieve zin.
Zwarte Renaissance
Het ging in Frascati lang over het ontstaan van de beweging en de verhouding waarin die stond ten opzichte van de zwarte renaissance in de VS, die rond het begin van de vorige eeuw ontstond. Het ging ook over de verhouding tussen zwarte mensen ‘in de diaspora’ en zij die achtergebleven waren in Afrika. Laatstgenoemden hebben weinig met het sterke kleurbewustzijn van de négritude. Net als Faustin Linyekula een dag eerder al zei: in Afrika spelen andere zaken die nog steeds van alles met het koloniale verleden te maken hebben, maar huidskleur is daarvan het minst belangrijke.
Of er een rechtstreekse link is tussen die houding en de afwijzing door veel Arubanen van hun Afrikaanse wortels, zoals publiciste en promovenda Inez van der Scheer opmerkte, bleef in het midden.
Onvergelijkbaar
Sowieso bleef de hele Nederlandse situatie een beetje buiten de discussie. Joseph Jordan merkte slechts op dat Nederland onvergelijkbaar was met de VS, al helemaal niets te maken had met Frankrijk en dat België eigenlijk ook op een andere planeet lag. Iedere cultuur heeft dus zo zijn eigen manier om met afkomst en identiteit om te gaan. Waar alle aanwezigen het wel over eens waren, was dat het minder over daders en slachtoffers moest gaan, en meer over kunst.
En die was ruim voorhanden in de vorm van twee leden van het trio 22xLoud. Die heel mooi zongen.