Waar houd je je aan vast als niet alleen de wereld wankelt, maar ook je eigen leven? Waar vind je dan nog een veilige plek, een toekomst? Daarover gaat Tasmanië, het nieuwe boek van Paolo Giordano.
Crisis
Wat was er eerst: de zorgen om klimaatverandering en andere wereldcrises, of de crisis in zijn eigen leven? De ik-verteller in Tasmanië, een schrijver en natuurkundige met de naam Paolo, was al sterk geïnteresseerd in de klimaatkwestie. Maar, zo beseft hij, misschien was zijn bezoek aan de Klimaatconferentie in Parijs van 2015 ook wel een ontsnappingsmanoeuvre: de aandacht richten op iets nog urgenters, iets nog dreigenders, in een poging het persoonlijke lijden te verzachten.
Niet dat dat lukt trouwens. Hoofdpersoon Paolo en zijn iets oudere vrouw, die een zoon heeft uit een eerdere relatie, slagen er niet in samen een kind te verwekken, en dat kan hij maar moeilijk accepteren. Hun huwelijk loopt averij op, vroegere vriendschappen gaan teloor, nieuwe blijken niet wat ze beloofden te zijn.
Ook over zijn rol als stiefvader slaan de twijfels toe. Een vakantie met zijn vrouw naar Guadeloupe loopt uit op een teleurstelling. ‘We zouden in totaal circa vier ton CO2 in de atmosfeer uitstoten om de droefheid die zich in ons huwelijk had genesteld te boven te komen’, noteert hij fijntjes. Maar daarna is de verwijdering groter dan ooit.
Op drift
Terwijl de verteller werkt aan een boek over de atoombommen op Hiroshima en Nagasaki, raakt hij steeds meer op drift. Een zoektocht naar houvast en betekenis wordt zo ook een zoektocht naar zichzelf. Daarbij spaart de verteller zichzelf niet; wat hij doet en wat hij nalaat, al zijn onvermogen en schaamte, vertrouwt hij toe aan het papier.
Zo verbindt Paolo Giordano (1982) de grote hedendaagse kwesties met persoonlijke vraagstukken en moeilijkheden die we allemaal tegenkomen in het bestaan. Hoewel Tasmanië een roman wordt genoemd en vast niet alles één op één zo zal zijn gebeurd, is het voelbaar dat Giordano dit verhaal dicht op zijn eigen huid heeft geschreven.
Daarmee is het een ander boek dan zijn eerdere romans De eenzaamheid van de priemgetallen en De hemel verslinden; hij schurkt dichter tegen de non-fictie aan.
Het resultaat is een eerlijk, kwetsbaar, soms pijnlijk maar ook moedig portret van wat het betekent om in deze tijd mens te zijn. Geloof, wetenschap, liefde: waarin vind je troost en hoop voor de toekomst? Kan schrijven een Tasmanië zijn?
Hoe moeizaam bevochten ook, uiteindelijk vindt de hoofdpersoon een antwoord: ‘Ik schrijf over alle dingen waar ik om heb moeten huilen.’
Paolo Giordano, Tasmanië (344 p.). Uit het Italiaans vertaald door Manon Smits, De Bezige Bij, € 24,99