Ze heeft het druk gehad. Hoogzwanger werkte Yasmeen Godder (Jeruzalem, 1973) aan haar eerste choreografie voor Batsheva Dance Company. In een maand tijd stampte ze onder de vleugels van Batsheva haar nieuwe voorstelling The Toxic Exotic Disappearance Act uit te grond, en beviel tussendoor van een gezonde dochter.
Voor de derde keer presenteert de Israëlische choreografe Yasmeen Godder haar werk op Springdance. Met Batsheva Dance Company maakte ze The Toxic Exotic Disappearance Act: een voorstelling over exhibitionisme, en de drang om je te willen verschuilen.
Godder, geroemd als danseres en choreografe met haar eigen dansgroep, werd vorig jaar benaderd om werk te maken voor het grootste en meest prestigieuze dansgezelschap van Israël. Heel eervol, maar ze had wél haar bedenkingen.
Vanuit haar woonplaats Jaffa vertelt Godder dat ze vaker wordt uitgenodigd om werk te maken voor andere gezelschappen: ,” vertelt Godder vanuit haar woonplaats Jaffa.
“Het is altijd een moeilijke vraag of ik wel uit mijn veilige werkomgeving wil stappen. Want ik heb een eigen procesmatige, experimentele manier van werken, op basis van een langdurige relatie met mijn dansers.”
Normaal komen haar voorstellingen heel geleidelijk tot stand over een periode van ongeveer acht maanden. Voor The Toxic Exotic Disapperance Act had ze maar één maand de tijd.
“Verder heeft Batsheva ook een andere artistieke visie en bewegingstaal: zij zijn van de soepele flow, terwijl ik me meer richt op fysiek contact, rauwe bewegingen en de emoties van de dansers. Maar ik heb het toch gedaan om mezelf uit te dagen en een beetje uit mijn comfort zone te stappen. Het was heerlijk om even alleen voor choreografe te mogen spelen, zonder tegelijkertijd nog een heel gezelschap te hoeven leiden.”
The Toxic Exotic Disappearance Act is samen met de voorstelling House van Sharon Eyal en Gai Behar op 21 en 22 april te zien in de Stadsschouwburg Utrecht. Het wordt de derde keer dat Godder werk op Springdance presenteert, na Singular Sensation (2009) en Storm End Come (2011). In haar nieuwste voorstelling richt Godder zich op de spanning tussen puur exhibitionisme – de honger om gezien te worden – en de drang om je te willen verschuilen. Godder:
“Soms slaat het verlangen om niet gezien te worden om in een overdaad aan exhibitionisme. Daarnaast ben ik ook erg geïnteresseerd in de paradoxale werking van circusachtige verdwijntrucs: duidelijk zichtbare handelingen op een podium, die juist draaien om het verdwijnen. Ik heb in mijn choreografie met al die ideeën gespeeld en er een flamboyante, atmosferische draai aan gegeven.”
Eén van Godders inspiratiebronnen voor haar voorstelling is het fotoboek Flamboya van de bekroonde Nederlandse fotografe Viviane Sassen. In haar werk toont Sassen verstilde portretten van Afrikanen, los van alle negatieve stereotypen over hun continent – corruptie, hongersnood, oorlog. Bijna alle gezichten zijn bewust onzichtbaar of door schaduwen verduisterd. Godder stuitte vorig jaar op Sassens fotoboek, toen ze in het Grand Theatre in Groningen aan een voorstudie werkte van Storm End Come.
“Ik liep toen al een tijdje rond met ideeën voor een nieuw stuk. Haar foto’s grepen mijn aandacht vast. Er was iets in de essentie van haar visuele taal dat me enorm intrigeerde. Haar portretten zijn heel direct en ontwapenend; ze laten persoonlijke kwetsbaarheid zien, die tegelijkertijd verborgen en mysterieus blijft.”
Dat deed Godder denken aan haar dansers.
“Zij hebben ook die enorme drang om gezien te worden. Maar de behoefte om op het podium te staan en jezelf soms te overschreeuwen is ook een manier om je ware zelf juist te verhullen. Dat geldt op het podium en in persoonlijke relaties met anderen. Ik ben gefascineerd door het vermogen om jezelf in een ander te kunnen verliezen. Hoe je de ander kunt gebruiken om gezien te worden, of om veilig achter te kunnen schuilen.”
The Toxic Exotic Disapperance Act ging 30 december in première in Tel Aviv. Het werk blijft zich ontwikkelen, zegt Godder.
“De dansers van Batsheva zijn zo geroutineerd dat ze tijdens elke voorstelling hun rol verder kunnen onderzoeken. Het is niet zo dat alles aan elkaar wordt geïmproviseerd, The Toxic Exotic Disapperance Act heeft een hele vaste structuur, maar bij elke uitvoering lijken de dansers een diepere laag te ontdekken. Ze doen research op het podium.”
Godder werkte vaker met fotografie als inspiratiebron. Zowel aan I’m Mean I Am (2006) en Yasmeen Godder and the Bloody Bench Players present Strawberry Cream and Gunpowder (2004) lagen iconische beelden uit fotografie en cinema ten grondslag.
“Ik ben heel geïnteresseerd in de manier waarop fotografie een moment kan vangen. En hoe die impact van dat tweedimensionale, statische beeld weer kan doorwerken in levende bewegingskunst. Toen ik werd gevraagd om voor de derde keer mijn werk op Springdance te laten zien, wist ik niet dat het festivalthema scupltured bodies & body sculptures was.”
Ze lacht.
“Daar sluit mijn voorstelling eigenlijk heel goed bij aan.”
Comments are closed.