De Vlaamse wafelbakker van de Willy Wonka Wafl Factory in het Burton Cafe heeft alle films van Tim Burton gezien, zegt hij vantussen een strak hipsterbaardje. ‘Zeker omdat je de menukaart moest voorbereiden’, zeg ik. Op het menu van het – tijdelijke – Burton Café in expositieruimte C-min staan onder meer: Charlie Chocolate Wafl, Scissorhands Wafl, Oompa Loopa Wafl, Beetlejuice smaakwaters, Mr Bloom Tostado en andere Burton Lane Cinema Snacks. ‘Neen’, zegt de wafelbakker. ‘Ik was al fan.’ We komen overeen dat het gemakkelijk plukken is uit het sprookjesachtige oeuvre van Tim Burton, een van de invloedrijkste filmmakers van de laatste decennia.
Lugubere omgeving
De internationale, rondreizende expositie The World of Tim Burton staat vanaf 15 augustus in haar volle glorie in een lugubere, Burtonachtige omgeving: de erfgoedsite C-mine in Genk, België. Ingeklemd tussen de schachtbokken en ophaalmachines van een voormalige steenkolenmijn, veel gruizig zwart tegen onheilszwangere luchten – helemaal Burtons biotoop. Nieuw is de The World of Tim Burton alleen voor de Benelux. De tentoonstelling was eerder te zien in New York (in MoMa, met meer dan 810.500 bezoekers destijds de op twee na meest bezochte), Parijs, Tokio, São Paulo en Praag. Eind september komt Tim Burton in eigen persoon naar Genk.
Zijn oeuvre is – op het eerste gezicht – zeer divers. Na het zien van de expositie denk je daar anders over. Een chronologische greep uit zijn werk: Pee-wee’s Big Adventure (1985), Beetlejuice (1988), Batman (1989), Edward Scissorhands (1990), Batman Returns (1992), The Nightmare Before Christmas (1993), Ed Wood (1994), Mars Attacks! (1996), Sleepy Hollow (1999), Big Fish (2003), Corpse Bride (2005), Charlie and the Chocolate Factory (2005), Sweeney Todd: The Demon Barber of Fleet Street (2007), Alice in Wonderland (2010), Big Eyes (2014), Miss Peregrine’s Home for Peculiar Children (2016).
Napkin Art
c-selma-gurbuz-c-c-mine
Het eerste nieuwe woord dat we op de preview van de The World of Tim Burton leren is napkin art. Ofwel: de servetjes waar Burton zijn hele leven op tekende. Overal en altijd. Want: ‘Tekenen is sport voor mijn hersens.’ In totaal toont de expositie 650 (deels nieuwe) werken uit het persoonlijk archief van Burton, wat neerkomt op een wervelstorm van tekeningen, schilderijen, foto’s, geanimeerde stop-motionpoppen, maquettes, filmpjes en sculpturale installaties.
Tim Burton is de ongrijpbare jongen waarbij iedereen weleens in de klas heeft gezeten, als je geluk had. Lastig. Druk. Grappig. Supercreatief warhoofd. Pluizige intellectueel in de dop, met zijn kapsel als een geëlektrocuteerde stadsrat (vrij naar Joost Zwagerman). Een snelkookpan vol bizarre en ontregelende ideeën. Pain in the ass van de leraren.
Volgens Tim Burton zei er ten minste één leraar tegen hem: ‘Met jou wordt het nooit wat.’ Dat was een goede 50-procentsgok, want zo’n hoogbegaafde chaoot wordt vaak een failure of een fenomeen.
Tim Burton werd het laatste.
Mars Attacks
De verdere anekdotiek over Burtons jeugd wordt tijdens interviews volop ingevuld door de maestro zelf. Hij was als jongen dol op horrorfilms (maar welke tiener is dat niet?). Hij onthoofdde poppen, trok de ledematen eraf en verminkte ze – zoals bijna alle poppen in zijn films mismaakt zijn. En hij vond niets leuker dan zijn klasgenoten bang te maken voor spoken en aliens, wat hij later voortzette in freakachtige films als Mars Attacks.
Gamechanger Burton: Mars Attacks kwam ongeveer tegelijkertijd uit met het obligate Independent Day. De laatste was de grote kaskraker. De eerste scoorde behoorlijk maar veranderde wel de regels van de rampenfilm. Voortaan meer ironie en meer gothic gekkies. Burton zette de toon.
Walt Disney
In The World of… krijg je door het bekijken van de illustraties, nota- en notitieboekjes, beklad briefpapier van hotels en servetjes van restaurants een klein beetje greep op het creatieve proces van Burton en de inspiratie voor zijn films. Die lag in elk geval niet bij Walt Disney. Tim Burton werkte na zijn studie animatie op het California Institute of the Arts vijf jaar bij Disney. Daar lieten ze de man van de lieflijke gruwel & griezel ‘keischattige’ (dixit onze Vlaamse gids in C-Mine) Disney-figuurtjes tekenen. Omdat Burton naast zijn dienstopdrachten ook zijn eigen tekeningetjes wilde maken kwam hij maar aan twee uur slaap per dag. Burton: ‘Ik leerde overdag slapen boven mijn Disneywerk, terwijl iedereen dacht dat ik nadacht en tekende.’
Na enkele jaren – Disney herkende wel zijn grote talent – kreeg Burton van Disney een vrije opdracht. Hij mocht in volle vrijheid characters verzinnen. Burton tekende in totaal 600 figuurtjes en poppetjes. Disney heeft er nooit één gebruikt. Een selectie ervan hangt op de expositie. De korte tekenfilm die Burton maakte, Vincent, bleef bij Disney op de plank liggen. Scènes over het reanimeren van dode huisdeuren (Burton was en is een Frankenstein-adept) achtte Disney ongeschikt voor de tere kinderziel. Burton vertrok. ‘Ik voelde me bij Disney een opgesloten prinses. Ze hebben me wel altijd uitstekend behandeld.’
Nightmare
Op de heetste avond van augustus keek ik ter voorbereiding op de expositie nog een keer naar Tim Burtons The Nightmare Before Christmas (N.B. Burton was dit keer de producer, hij had geen tijd voor de regie). Dat is een stop-motionfilm waarin character Jack Skellington, Pumpkin King en Halloween-specialist, zichzelf tot lieve Kerstman wil transformeren, met meesterlijke zang en muziek van Danny Elfman, zo’n beetje de Burtons huiscomponist. Passend huiswerk want 80 procent van de motieven in de Nightmare kom je tegen in andere Burtonfilms en op The World of Tim Burton.
Wat valt op in de expositie? Allereerst de ‘stitches’, de hechtingen. Bijna alle characters hebben hechtingen of littekens. Sally, de andere protagonist in The Nightmare, is een in elkaar genaaide lappenpop. Ze naait in de film zelfs zichzelf weer aan elkaar als haar boosaardige minnaar haar been afrukt. Geen pop of hoofd zonder steek-, verf- en plakwerk bij Burton. De tekeningen zijn voorstudies van de films. Of het nou Edward Scissorhands, Sally, The Pinguin of The Joker is, alle personages dragen als levensgeheim een blessure op hun lichaam mee. Daarom vond Burton zijn ‘Joker’ ook een stuk interessanter dan de 1-dimensionale Batman zelf. ‘Komt Batman er niet wat weinig in voor?’ vroegen de bezorgde producers halverwege de productie. Daar ging het niet om, vond Burton. Losers als Joker of Pinguin zijn veel interessanter.
Suburbia
Burtons personages zijn bleke, eenzame en onbegrepen ‘misfits’. Uitvergrotingen of alter ego’s van de jonge Tim Burton uit suburb Burbank, waar hij opgroeide. Tim Burton toont in zijn films graag pijnlijk aangeharkte stadjes met fluorescerend groene gazonnen en giftig oranje daken, zoals in Edward Scissorhands en Big Fish. Burtons Ed Wood gaat over de slechtste regisseur aller tijden, die ondanks afkeuring en boe-geroep continu en halsstarrig zijn eigen film blijft maken.
Op Burtons servetjes zijn veel tanden te zien. Rijen scherpe tanden in de lange bekken van wolven, honden, The Pinguin of Jack Skellington. Een Burton-trauma: zijn vader had twee valse hoektanden. Hele scherpe, die hij op verzoek bewoog, tot grote hilariteit van de kleine Tim. Die daarover later zei: ‘Dat was de enige warme herinnering aan hem.’ Scherts, maar toch. Tim zelf had vroeger een beugel. Nou, met beugelbekkies wist de grote Tim later in zijn films wel raad.
Grote ogen
Ogen zijn het belangrijkste motief. Ogen zijn voor Tim Burton een bron van expressie. Hij maakte er zelfs een aparte film over: Big Eyes. Over Margaret Ulbrich, de vrouw die in de jaren vijftig honderden schilderijen van kinderen met grote ogen schilderde. Die hingen boven de bank in de livings van de suburbs waar Burton opgroeide. Voor de suburb-bevolking was dat ‘kunst’, een ander jeugdtrauma van Burton. De servet- en bonnetjesart van Burton staat stijf van de poppetjes met grote ogen met één stipje middenin. Veel meisjes met grote ogen, grappig en gruwelijk tegelijk.
Op The World van Tim Burton hangen cartoons met tekst uit zijn vele boeken. Burton was geen groots maar wel een machtig en volhardend tekenaar. Starend meisje naar de lucht. Starend meisje naar de vloer. Starend meisje dat haar ogen te rusten legt, natuurlijk letterlijk, in een vijver. Tekeningetjes met ogen, eindeloos veel, eindeloos origineel, soms eindeloos melig.
‘Man, undressing women with his eyes.’ ‘Blind man with permanent seeing eye dogs.’
Michael Keaton
Ogen waren ook een reden voor Tim Burton om acteur Michael Keaton voor de rol van Batman te kiezen. Keaton is een kleine, zeer grappige acteur, maar niet behept met acteursschoonheid of een Michelangelo-lijf. Hij heeft wel expressieve ogen. Voor de rol van Batman (‘Badman’ zeggen de Vlaamse gidsen steevast) uitermate geschikt: een Batman met masker op is niet meer dan een menselijke vleermuis met opvallende ogen. Jack Skellington (Burtons favoriete karakter) uit The Nigtmare heeft geen ogen, alleen maar holle kijkgaten. Wat een heerlijke paradox: de ontkenning van de ogen is de bevestiging van het grote belang van ogen. Bij Burton gaat niets normaal.
De Burtonesque wereld van Burton is vergeven van spiralen en zwart-witstreepjes. En ballonnen. Ballonnen met lapidaire streepjes, hechtingen en grote ogen. Op de expositie hangt de grote blauw-witte ballon die Burton voor de openingstentoonstelling in MoMa maakte. Een ballon is heel erg Burton: het is alles en het is niets. Laat je de lucht eruit dan verschrompelt het karakter tot wezenloosheid.
Warhoofd
Tot slot het kapsel. De poppetjes op de tekeningen hebben kapsels alsof ze onder stroom staan. Het kapsel van Edward Scissorshand is gemodelleerd naar Burtons eigen favoriete coup. Leonardo da Vinci waarschuwde vijf eeuwen geleden al dat iedere schilder in feite zichzelf schildert. Figuren lijken vaak op hun meesters. Leonardo da Vinci vond dat heel natuurlijk. Burton draagt vanaf zijn jeugd een creatief warhoofd met donker haar rondom. Hij is immer in het zwart gekleed, light gothic stijl.
Met Disney is het helemaal goedgekomen. Burton doet voor Disney de herbewerking van de klassieker ‘Dumbo’, voorjaar 2019 in de bioscopen. Eind september komt master Tim Burton himself naar Genk. Hij is aanwezig bij de opening van het Tim Burton Film Festival in Euroscoop, dat deel uitmaakt van de C-mine site. Hij signeert zijn dikke kunstboek The Art of Tim Burton (1000 illustraties, 434 pagina’s) en doet Q&A’s met pers en studenten.
Een Vlaamse journalist verheugt zich alvast op Burtons komt: ‘Ik hoop dat hij bij ons op bierviltjes gaat tekenen, ik blijf in de buurt.’
Met dank aan Tristan Theirlynck, UvA.
Evence Coppéelaan 91. 15.08.2018 t/m 28.11.2018Dinsdag-zondag,10 u – 18 u. Toegang € 15. Zie verder www.c-mine.be Euroscoop Genk, euroscoop.be/genk