De Nederlandse cultuursector verkeert in nood. Met de bezuinigingen van Halbe Zijlstra begon tien jaar geleden een vrije val die nog altijd niet gestopt is. De Sociaal-Economische Raad (SER) becijferde dat deze bezuinigingen van 200 miljoen niet alleen zorgden voor een verschraling in het culturele aanbod, maar ook een ravage aanrichtten op de arbeidsmarkt. Er verdwenen 20 duizend vaste banen en de positie van het toegenomen aantal zzp’ers en flexwerkers werd sindsdien steeds zwakker. De problemen stapelden zich in de jaren daarna meer en meer op. Volgende kabinetten beloofden herstel, maar dat kwam er tot nu toe slechts mondjesmaat. De cultuursector zit al tien jaar in overlevingsmodus en heeft te weinig ruimte om haar maatschappelijke positie te versterken.
Afgelopen jaar volgde opnieuw een mokerslag. De coronacrisis sloeg diepe financiële wonden in de cultuursector, die een van de hardst geraakte sectoren bleek. De crisis legt haarscherp de kwetsbaarheid van het bestel bloot. Kleine en grote instellingen werden bedreigd in hun voortbestaan.
Ander werk
Desondanks bleef het lang stil op het Binnenhof. Het kabinet kwam uiteindelijk na vele acties, van met name de sector zelf, met een fatsoenlijk steunpakket over de brug. Dit bleek voldoende om de meeste culturele instellingen voorlopig overeind te houden, maar met name de vele zzp’ers en flexwerkers vallen veelal tussen wal en schip. Met als gevolg dat vele van hen noodgedwongen op zoek gaan naar werk in andere sectoren. De waardevolle kennis en ervaring stroomt zo meer en meer weg uit de cultuursector.
Het ontbreken van budgettaire prioriteit voor cultuur is problematisch, maar nog schokkender is het gebrek aan politieke visie en ambitie als het gaat om de cultuursector. Cultuur is geen kostenpost maar een investering in ons land op vele niveaus. De intrinsieke waarde en maatschappelijke impact van cultuur moet in de politiek voorop staan. En daarnaast moet niet worden vergeten hoe groot de economische waarde van deze sector is. Cultuur en media staan volgens het CBS voor 3,7% van het bruto binnenlands product en zorgen bovendien voor 4,5 % van de totale werkgelegenheid in Nederland.
Beschaving
Zonder cultuur zijn we een land zonder beschaving. De op het Binnenhof lang vermeden fundamentele discussie over de toekomst van de cultuursector moet nu gevoerd worden. Welke keuzes gaat de politiek maken om op de langere termijn een vitale cultuursector te borgen? Wat is de positie van cultuurmakers in de samenleving en hoe kan deze positie versterkt worden? Hoe zorgen we dat de sector niet telkens alleen overleeft maar kan bloeien en groeien? En hoe kunnen de twee werelden, politiek en cultuursector, elkaar beter leren begrijpen en een constructieve dialoog starten?
Het herstel is belangrijk, maar een terugkeer naar het oude normaal is een gemiste kans. Wat nu nodig is, is niet opnieuw een lappendeken aan losse maatregelen, maar een transformatieplan.
Ambitie
Investeer in een eerlijke en duurzame culturele arbeidsmarkt. Bevorder innovatie en toekomstgericht experiment. En zie de cultuursector niet langer als een losstaand ecosysteem. Betrek de cultuursector juist ook bij andere sectoren om grote maatschappelijke vraagstukken te helpen tackelen. Nederland heeft het creatief denkvermogen, intrinsieke waarde en de maatschappelijke impact van de cultuursector nu en in de toekomst nodig.
De cultuursector kan en moet sterker uit deze crisis komen. En dat begint met een politieke visie en ambitie.
Dit artikel, geschreven in samenwerking met Jon Heemsbergen, verscheen op 16 maart als opinie-artikel in Dagblad Trouw.