Raad voor Cultuur debatteert alleen met gelijkgestemden.

Update: inmiddels heeft de Raad voor Cultuur de handschoen opgepakt. Melle Daamen plaatste zijn stukken op Cultuurpers, en Joop Daalmeijer heeft toegezegd om een allesomvattend interview te geven. Binnenkort meer nieuws, dus. 

‘Melle is lid van de RvC. Daar hebben jullie niks mee. Daarom dus toch maar NRC?’ Dixit Joop Daalmeijer, de man die sinds hij er voorzitter werd de Raad voor Cultuur heeft omgebouwd tot een applausmachine van opeenvolgende ministers en staatssecretarissen van Cultuur. Het citaat werd opgetekend van een korte facebookdiscussie op de timeline van de directeur van de Amsterdamse Stadsschouwburg, Melle Daamen.

Daamen is aangesteld door de Raad om eens per 8 maanden een knuppel in een hoenderhok te gooien. Dat schijnt hij nu dus weer gedaan te hebben, en er schijnt geweldig over gediscussieerd te worden, maar daar weet u hoogst waarschijnlijk niets van. Want U behoort tot de 16.850.027 Nederlanders die geen abonnement op de NRC hebben. Wie wil weten wat er speelt moet per keer dat er een nieuw argument over tafel gaat een paar duppies betalen.

Het gaat niet om de prijs. Persoonlijk vind ik 3 duppies aan de goedkope kant voor een stuk waar Mella vast uren op gezeten heeft. Maar als overheidsclub ben je verplicht om geen drempels op te werpen als het gaat om debat over je beleid.

We maakten daar melding van. We boden – gratis – onze site aan. Maar dat vindt de voorzitter van de Raad dus niet goed. Omdat we ons wel eens kritisch hebben uitgelaten over het beleid van de raad onder zijn leiding. Dus subsidieert de Raad liever NRC: wie iets wil weten over het culturele debat in Nederland, neme een abonnement op de krant.

Sinds die reply van Joop Daalmeyer weten we opeens weer een stuk beter waarom we op aarde zijn. We dagen de Raad uit om eens buiten de gebaande paden te kijken. De openbaarheid te zoeken. Misschien zitten daar wel mensen met meningen en overtuigingen waar de adviseurs van de minister van opkijken. Zou toch spannend zijn.

De uitnodiging staat dus open, Joop en Melle. Voel je welkom.