In het debat Burger King & Burgerschap geven Patrick van der Hijden, David van Reybrouck, Chris Keulemans en Samuel Vriezen hun visie op de staat van de burger. Publiek mag, maar hoeft niet, meedoen. Hieronder de column Staat van Verwenning, voorgedragen door Patrick van der Hijden – als aftrap voor het debat.
“Ons leven is in de achttiende eeuw uitgevonden.
De leden van de hogere klassen – de elite – hadden een eigen huis, vaak met tuin. Ze stuurden hun kinderen naar school en die begonnen daarna een vervolgopleiding. Ze hadden vrije tijd en kwamen over het algemeen op tijd op hun afspraken, door de horloges die ze droegen en de trekschuiten die op tijd vertrokken (ze klaagden bij vertraging). Burgers die buiten de stad woonden, forensden – met de koets, dat wel. Ze dronken koffie om wakker te blijven. Ze bezochten restaurants met menukaarten. Ze werden ingeënt tegen de pokken en hadden huisdieren. Een geweldige bron over dat leven vormt het dagboek van Otto van Eck, die daar op tienjarige leeftijd onder druk van zijn door de Verlichting bezielde ouders aan begon, in 1791. Daar ontleen ik bovenstaande voorbeelden aan.
Dit leven wordt aan het begin van de eenentwintigste eeuw niet door een kleine minderheid geleefd, maar door een groot deel van de Nederlanders. Die moeten het wel zonder personeel doen. Dat is namelijk vervangen door technologie.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.